Golden Rose heeft, op zaterdag 14 mei als gastdeelneemster, deelgenomen aan het seminarie met als titel “Turkije en de Turkse gemeenschap in België: welke toekomst in Europa?”. De Turkse toetreding tot de Europese Unie is een terugkerend onderwerp in het Europese debat. Deze dag werd gelanceerd op initiatief van Pax Christi Wallonië-Brussel en werd georganiseerd in het kader van de Commissie “Europa: Culturen en de uitbreiding”en het Interculturele Dialoog Platform. Golden Rose en TurkishLady hebben er eveneens aan bijgedragen. Deze dag werd gesteund door de schepen van religie en gelijke kansen. In haar openingstoespraak vertelde ze dat ze blij was om deel te nemen aan een dergelijke uitwisseling en debat, want in haar gemeente zijn er veel Turkse inwoners.
Het idee van de behandeling van de toetreding van Turkije begint in Schaarbeek en Sint-Joost-Ten-Node waar een grote Turkse gemeenschap woont. Het was interessant om de kwestie van de veranderingen in drie aspecten te bestuderen: het sociaaleconomische aspect, het aspect van de vrijheden, waaronder de persvrijheid, de burgerlijke vrijheden, en ten slotte de toetreding van Turkije tot de Europese Unie. Om deze vragen te beantwoorden en te verduidelijken werden uitgenodigd: de heer Ural Manço, socioloog en deskundige van het Turk(zijn), Christos Makridis, plaatsvervangend hoofd van de Commissie verantwoordelijk voor de uitbreiding van de Europese Unie en die zich onder andere bezig houdt met de toetreding van Turkije. Professor Deniz Akagül, econoom aan de universiteit van Lille.
Het seminarie begon met de presentatie van Ural Manço. Hij behandelde de volgende drie dimensies: de demografische, economische en sociaal-culturele. De Turkse immigratie maakt deel uit van het Belgische landschap sinds de jaren ‘60. De vroegste migratie was in de jaren ’50 naar Duitsland, in de elektronicasector. Naar aanleiding van de verschillende staatsgrepen dat Turkije heeft gekend, was er ook een politieke migratie in de late jaren ’80. Na het becijferen van de Turkse aanwezigheid in de Europese landen, met in het achterhoofd, niet te vergeten, de immigratie van de Turkstaligen die hier sinds eeuwen in Europa leven, die zich momenteel als inheemse bevolking voelen. Die zijn vanzelfsprekend niet meegeteld als immigranten. Ver van de tekeningen vol vooroordelen, beeldde Ural Manço een Turkse gemeenschap in Europa van contrasten die balanceren tussen integratie en de neiging tot concentratie. Ook één van de eigenaardigheden van de Turken is hun lage opleiding en een hoge werkloosheid. Ondanks dit, en misschien door de Turkse ondernemers, is het BBP van de Turkse huishoudens 81 miljard euro, dus twee keer zo groot als Luxemburg. Bovendien, is het een populatie die zeer breed geïnvesteerd heeft in vastgoed, en zeer sterk genaturaliseerd is:70%.
Na deze algemene demografische, economische en sociaal-culturele aspecten concludeerde Ural Manço dat het probleem van concentratie op bepaalde gebieden de horizon van de Turkse bevolking donkerder maakt omdat zij jong en dynamisch is. Inderdaad, bevolkingen met migrantenpopulatie hebben vaak de tendens om meer traditionele, meer conservatief te zijn en een groter nationaliteitsgevoel te hebben.
Vervolgens nam de heer Christos Makridis het woord onder de vorm van vragen en antwoorden en herinnerde ons aan de belangrijkste data van dit proces en legde uit dat de toetreding van Turkije moeilijk was, maar dat dit proces de Turkse regering de kans gaf om Turkije meer democratischer te maken en de dingen in de positieve richting te sturen. Momenteel werkt hij aan verandering van de architectuur van de rechtbanken om de onpartijdigheid te verbeteren. Hij vertelde ook dat na de peilingen veel Europeanen positief gereageerd hebben op de voorgestelde toetreding van Turkije nadat men een toetreding voorstelde op een termijn van 15 jaar. De Europeanen reageerden veel minder positief als de toetreding in de komende maanden zou gebeuren.
Het beeld dat men heeft over Turkije verandert naargelang de aan de macht zijnde regeringen en geen enkele beslissing is definitief. Na een pauze en een gezellige maaltijd, hebben we ons seminarie opnieuw hervat. Professor Akagül legde uit dat dit project, dat aanvankelijk economisch was, beleid problemen met zich mee heeft gebracht, omdat we een instrumentalisering hebben van de economische belangen in dienst van politieke integratie. Historische, geografische en demografische redenen die door sommigen gebruikt worden om de toetreding van Turkije tot de Europese Unie te vergemakkelijken zijn niet geldig en zijn uiteindelijk tegenstrijdig met elkaar. Dus blijft er een echt politiek probleem voor dit lidmaatschap. De heer Akagül verklaarde ook de mening aan de Turkse kant wat betreft deze toetreding namelijk dat velen onder hen niet willen toetreden tot Europa, en zouden de voorkeur geven aan een nauwe relatie met Aziatische landen. Hij toonde met grafieken dat landen die het meest gunstig gestemd zijn met de toetreding van Turkije tot de Europese Unie de Oost-Europese landen zijn omdat zij een positief beeld over Turken hebben die in hun land wonen. Vandaar de volgende conclusie: het beeld dat men heeft over de Turken die in Europese landen leven is de belangrijkste sleutel in dit proces en participeert in de ontwikkeling van een al dan niet een gunstig advies in de geesten van de Europeanen en hun regeerders.
Ons seminarie werd afgesloten met een korte slottoespraak en de deelnemers konden hun standpunten wisselen tijdens een broodje en koffie.